Advisering

Een op een met interimmers Frans en Jan-Willem  

“We brengen organisaties naar een next level”

In de rubriek een op een vragen we twee registercontrollers om op een aantal stellingen te reageren. Dit keer Frans van Lint, oud-voorzitter van de VRC en partner bij CFO Capabel, en Jan-Willem Septer, zelfstandig bedrijfskundige onder de naam Pragmatisch. Beiden werken op interim-basis. “Het interimmen verveelt geen moment.” 

Frans was de afgelopen jaren vooral werkzaam als interim financieel directeur. Hij was daarvoor betrokken bij de oprichting van Telfort en richtte de Europese tak van een Amerikaans concern op. Ook werkte hij voor Interpolis, Philips en Expert. “Als je in een vaste baan zit, kan er – afhankelijk van hoe het bedrijf zich ontwikkelt – sleetsheid in komen. Ik wilde mijn ervaringen breder en sneller ontwikkelen en dat kan als interimmer. Of het bevalt? Jazeker. ‘Dit had ik eerder moeten doen’, zeg ik wel eens tegen mezelf. Bij CFO Capabel bedienen we vooral organisaties in het mkb waar de CFO nog niet altijd een fulltimefunctie is.”

“Ik raad registercontrollers die willen interimmen aan om zich breed te oriënteren en breed opdrachten aan te nemen.”

Frans van Lint

Always challenge the status quo

Jan-Willem is een bedrijfskundige met zowel een CFO- als een COO-profiel. Hij startte, na negentien jaar in diverse logistieke, IT- en financiële leiderschapsfuncties, in 2014 met zijn eigen consultancy en interim-managementbureau. “Ik ben mijn carrière gestart vanuit de logistiek bij TNT en heb van daar de overstap gemaakt naar het logistieke bedrijf bij Pon. Toen ik voor een aantal Pon-bedrijven ook financieel eindverantwoordelijke werd, wilde ik meer bagage hebben. Toen de financiële man daar vertrok werd ik CFO én COO. Ik had wel een MBA, maar het echt financiële deel ontbrak nog. Reden voor mij om de RC-opleiding te doen. In mijn huidige werk ben ik echt een transitieman. Ik wil heel gericht een bedrijf van A naar B brengen. Always challenge the status quo, is mijn motto. Als het business as usual wordt, moet ik weg zijn. Want voordat je het weet blijf je te lang zitten. Je moet je houdbaarheidsdatum goed in de gaten houden.”

Stelling 1:

Jullie zitten in organisaties die in verandering zijn. Daarvoor moet je ervaring meebrengen. 

Frans: “Ja, mee eens. Als je te vroeg die handschoen oppakt, kan dat natuurlijk, maar breng je weinig ervaring mee om transities tot een goed einde te brengen. Je overziet dan niet alle oplossingen die je, als je ervaring hebt opgedaan, wel overziet. Kans is dan ook dat opdrachtgevers je niet op dit niveau op een opdracht zetten.” 

Jan-Willem: “Mee eens. Toen ik begon als interimmer vond ik het spannend om ermee te beginnen, maar ik heb niet het idee dat ik de stap eerder had moeten zetten. Het is belangrijk om een bepaalde senioriteit op te bouwen. Die had ik daarvoor nog niet.”  

Stelling 2:

Als interimmer doe je telkens dezelfde klus. 

Frans: “Dat ben ik van harte met je eens. De dynamiek is in elke organisatie anders. Stel, het zou hetzelfde kunstje zijn dat je krijgt aangeboden, dan ben je er altijd nog zelf bij om nee te zeggen. Dat voorkomt dat je als een one trick pony telkens hetzelfde doet. Dat is wel een valkuil. Registercontrollers die willen interimmen zou ik dan ook aanraden zich breed te oriënteren en breed opdrachten aan te nemen. Dat houdt het leuk en daar leer je ook het meeste van.” Jan-Willem: “Ik merk wel dat als je eenmaal ergens een opdracht hebt gedaan, er een frame om je heen hangt. ‘Dat is die interimmer die we moeten bellen voor het implementeren van ERP', bijvoorbeeld. Dat kun je tegengaan door je op social media, vooral op LinkedIn, te profileren met andersoortige opdrachten.” 

Jan-Willem: “Nee, dat niet, maar je wordt wel op een opdracht gezet omdat je eerder iets soortgelijks hebt gedaan bij andere opdrachtgevers. Die ervaringen neem je mee naar de nieuwe opdrachtgever. Dat wil niet zeggen dat de opdracht telkens hetzelfde is. Integendeel. Elementen als meer of minder politiek binnen een bedrijf, een internationale component en de collega’s maken het telkens weer anders. Waarbij je als interimmer je in je externe rol onafhankelijker kunt opstellen dan een medewerker van het bedrijf. Je maakt geen deel uit van de organisatie. Je brengt veel ervaring mee en dat biedt collega’s intern bij de opdrachtgever weer de kans met jou te sparren. Al met al een unieke positie.”

Stelling 3:

Het is een krappe arbeidsmarkt en het is trekken aan interimmers. 

Frans: “Wij richten ons juist op dat mkb waar ze net aan een CFO toe zijn. De vraag is daar wel groot, maar dat is wat anders dan de krapte op de algehele arbeidsmarkt. De vraag is daar eigenlijk altijd al hoog geweest. Het wekte onlangs mijn verbazing dat een partij een avond voor LinkedIn was gaan zitten en mijn profiel er als best passend had uitgefilterd. Diegene legde contact via LinkedIn en had me ook vergeleken met andere partners. Tegenwoordig gaan dat soort verzoeken via die weg.” 

Jan-Willem: ““Na zo’n contact via LinkedIn kan het snel gaan. Kennismaking, onderhandelen en na twee weken ben je aan de slag. In mijn geval zijn het ook vaak heel specifieke opdrachten. Bijvoorbeeld de potentie en de haalbaarheid voor een nieuw businessmodel bepalen en doorrekenen, een post merger-integratie aangaan of het reorganiseren van de supply chain-organisatie. Bij grotere bedrijven moeten er vaak nog wat handtekeningen worden verzameld voordat ik aan de slag kan. Bij kleinere bedrijven gaat het vaak vlugger.” 

Frans: “Ik herken wat je zegt, maar soms gaat het ook bij die corporates snel. Als er maar genoeg druk achter zit om de positie te vervullen. Dan gaat het normale, wat langer durende proces in de prullenbak. Het lastige is wel dat klussen nooit mooi op elkaar aansluiten, maar dat hoort bij het interimvak.”

Jan-Willem: “Inderdaad, dat is niet anders.”

Stelling 4:

Organisaties naar een next level brengen. Dat is mijn vak. 

Frans: “Een volmondig ja. Mijn bemoeienis bij een organisatie begint bijvoorbeeld met de constatering van de externe accountant dat de financiële huishouding niet op orde is of dat de kwaliteit ervan beter kan. Dan is het fijn om als senior zo’n bedrijf op sleeptouw te nemen. Daarbij dwingen vreemde ogen. Door ervaringen bij andere organisaties kun je zeggen dat het runnen van de financiën ergens niet gebeurt zoals het in de huidige tijd wel kan. Gedigitaliseerd. Denk ook aan de implementatie van een beter financieel bewustzijn in een organisatie. Het inrichten van het financieel management, het gesprek aangaan met financiers en het neerzetten van risicomanagement vind ik de mooie zaken van het vak. Daar kun je je meerwaarde laten zien. Bijvoorbeeld een organisatie behoeden voor het feit dat ze de verkeerde financieringsconstructie willen neerzetten.”

Jan-Willem: “Een organisatie naar het volgend niveau brengen is in essentie mijn drijfveer. Of ik dat ook in vaste dienst had kunnen doen? Wellicht wel, maar zo’n transitie managen heeft toch een tijdelijk karakter en past daarom uitstekend in een interimrol.”

Stelling 5:

De waarde van de RC-titel op de interimmarkt kan omhoog. 

Frans: “Ja, ik vind van wel. We zijn als registercontrollers wereldberoemd bij onszelf en bij een aantal recruiters. CFO’s zien de waarde wel en weten ook wat het is om een registercontroller te zijn. Maar COO’s, CCO’s of CEO’s vaak niet, tenzij deze toevallig ook RC’ers zijn natuurlijk.”

Jan-Willem: “Ik merk dat opdrachtgevers bevestiging zoeken en vinden in een RC-titel. Het is toch een vink. Tegelijkertijd moet ik wel vaak uitleggen wat de RC-titel behelst, vooral aan non-financials.”

Stelling 6:

Je mag van een registercontroller verwachten dat ze kennis over duurzaamheid en digitalisering meenemen. 

Frans: “Ja, want stilstand is achteruitgang. Natuurlijk bied je meerwaarde in echt financieel management, het neerzetten van een betere planning- en controlcyclus en dat met oog voor de risico’s die de organisatie loopt. Maar één van die risico’s is dat het businessmodel niet meer van deze tijd is. En dat is weer gelinkt aan digitalisering of duurzaamheid.” 

Jan-Willem: “Een voormalige opdrachtgever van me is gehackt met ransomware. Datasecurity en de risico’s van een cyberaanval spelen enorm, merk ik. Digitalisering en duurzaamheid brengen ook een andere manier van inrichten van governance en management accounting met zich mee. Die manieren moet je conceptueel kunnen begrijpen. Ook om specialisten in te kunnen zetten wanneer dat nodig is. Dat kan dan gaan over datasecurity maar ook over het rapporteren van de carbon footprint van je organisatie, of de mate waarin verkochte producten weer worden gerecycled.”

Frans: “Het is dan onze taak om dat registratieproces goed in te richten zodat dat de toets der kritiek kan doorstaan. Maar dan wel met de opmerking dat ik niet wil registreren om het registreren. Als we iets registreren, moet dat een duidelijk afgebakend doel hebben. Anders heeft het geen zin.”