EEN OP EEN
 
Business controller Jocelyn Bolluijt en financieel directeur Christiaan Venneman    

“Niemand voelt zich hier verheven boven de rest”

 

Jocelyn Bolluijt
Jocelyn Bolluijt

"Duurzaamheid speelt ook bij ons een grote rol.”  

 

Christiaan Venneman
Christiaan Venneman

"Bij ons zijn de memo’s  en de financiële rapportages kort en bondig.” 

 

Lees meer

In de rubriek één op één gaan twee registercontrollers het gesprek aan over hun rol, het finance-vak en, in dit geval, het werken voor een familiebedrijf. Jocelyn Bolluijt is business controller bij Bruil en Christiaan Venneman financieel directeur van de Biggelaar Groep. Hoe ervaren zij het werken voor een familiebedrijf?

Jocelyn Bolluijt

Functie: Business controller. 

Organisatie: Bruil.   

Leeftijd: 38.

Thuissituatie: Gehuwd, drie kinderen.

Ambitie: Momenteel streef ik naar een gezonde balans tussen werk en privé.

Grootste uitdaging: Overal voldoende tijd voor vinden.

Favoriete dingen: Gezin, werk, lezen en hardlopen.

Christiaan Venneman

Functie: Financieel directeur.

Organisatie: Biggelaar Groep.   

Leeftijd: 52.

Thuissituatie: Getrouwd en 3 kinderen, Laurens (24), Eline (22) en Ruben (18).

Ambitie: Mezelf blijven ontwikkelen en energie blijven halen uit mijn werk.

Grootste uitdaging: Voldoende tijd besteden aan mijn hobby’s.

Favoriete dingen: Mijn gezin, zonvakanties, padel en hardlopen.

Hoe zijn jullie bij jullie werkgevers terechtgekomen? 

 

Bolluijt: “Ik ben in 2015 van de Randstad naar de provincie Gelderland verhuisd en ik was op zoek naar een baan bij een fabrieksorganisatie. Het leek me heel interessant om een fabrieksboekhouding te voeren. Ik had daar geen werkervaring in. Ik heb toen een aantal open sollicitaties gestuurd naar verschillende bedrijven. Bruil was er daar één van. Zij zochten een financieel manager. Het maakproces sprak me enorm aan. Ik had voorheen alleen voor financieel dienstverleners gewerkt. Als je een financiële opleiding volgt, is de fabrieksboekhouding het meest complex qua boekhouding. Ik wilde dat in de praktijk ervaren om erachter te komen wat het precies inhield. Het was een frisse start in een nieuwe omgeving en inmiddels werk ik hier alweer acht jaar. In november 2021 was er ruimte om minder te gaan werken, waardoor mijn functie is gewijzigd in business controller.” 

 

Venneman: “Ook ik was toe aan een nieuwe uitdaging. Via een headhunter ben ik uiteindelijk in contact gekomen met de Biggelaar Groep. Mijn voorganger heeft de positie van financieel directeur elf jaar ingevuld en kwam ook binnen via een headhunter. De directeur-grootaandeelhouder was zeer te spreken over hoe het de vorige keer was gegaan en schakelde vervolgens hetzelfde bureau weer in. Ik was op zoek naar een functie waarbij ik meer betrokken zou worden bij de strategische besluitvorming. Door hier aan te treden heb ik een goede keuze gemaakt. Het is niet de eerste functie voor mij bij een familiebedrijf. In het verleden heb ik ook bij andere familiebedrijven gewerkt. Ik voel me er heel prettig bij. Ik word gezien als een vertrouwenspersoon van de familie en het financiële geweten van het bedrijf. In mijn rol ben ik niet alleen actief met de business, maar houd ik me ook bezig met bedrijven van de aandeelhouders waarin investeringen, beleggingen en pensioenen zijn ondergebracht.” 

 

Bolluijt: Als je een financiële opleiding volgt, is de fabrieksboekhouding het meest complex qua boekhouding”   

 Hoe lopen de lijntjes binnen het bedrijf? 

Venneman: “De lijntjes zijn heel kort. Samen met de directeur-grootaandeelhouder en de andere groepsdirecteur bespreken wij de strategie van de groep als geheel. Vervolgens hebben de bedrijfsdirecteuren, managementteam-leden en medewerkers veel ruimte om zelfstandig de koers van hun bedrijf of bedrijfsonderdeel te bepalen. Een groot project stemmen we zorgvuldig af met de directeur-grootaandeelhouder, maar hij geeft ons veel ruimte en eigen verantwoordelijkheid. Dit zie je ook terug in de verantwoording. Bij grote corporates bestaan besluitvormingsdocumenten veelal uit veel documenten, maar hier zijn de memo’s kort en bondig. Evenals de financiële rapportages. Hier gebeurt nog veel op vertrouwen.” 

 

Bolluijt: “In onze organisatie is de afgelopen jaren veel veranderd. Toen ik hier begon, nam de directeur-grootaandeelhouder indirect alle beslissingen. Als je naar hem toe ging met een goed verhaal en hij werd enthousiast, dan was er een grote kans dat de investering werd gedaan. Ik ervaarde het als een cowboymentaliteit. Ik was gewend, vanuit een beursgenoteerde organisatie, om elke maand te rapporteren en daar was geen ruimte om buiten de begroting investeringen te doen. Als er überhaupt al iets buiten de begroting ging. Elke maand maakten we een nieuwe begroting, zodat aan het einde van het jaar de cijfers matchten met het financiële resultaat. Dat is tegenwoordig hier ook heel gebruikelijk. Als er nu een investeringsvoorstel komt, is het bijvoegen van een Return on Investement berekening verplicht. Wat dat betreft schuiven wij steeds meer op richting de structuur van een corporate.”

 

Waaraan merk je dat Bruil een familiebedrijf is? 

 

Bolluijt: "Dat merkte je vroeger vooral aan de korte lijntjes als het ging om investeringsplannen en de lange dienstverbanden van het personeel. De laatste jaren hebben we een enorme professionaliseringsslag geslagen, maar de deur van de directeur-grootaandeelhouder staat nog altijd open. Je kunt gewoon bij hem binnenlopen. En hij komt ook gewoon bij mij langs om te vragen hoe het met mijn kinderen gaat. In die persoonlijke aandacht proef ik echt nog dat we een familiebedrijf zijn. Niemand voelt zich verheven boven de rest. Bovendien staat de medewerker op de eerste plaats. Het bedrijf wil de medewerkers graag in hun kracht zetten. Daarbij zijn er veel trajecten om vooral de persoonlijke ontwikkeling te stimuleren. Daarnaast doen we veel aan het creëren van het teamgevoel.”

 

 
 

Wat zien jullie als de belangrijkste ontwikkeling in het bedrijf? 

 

Venneman: “Duurzaamheid is binnen de Biggelaar Groep een heel belangrijk onderwerp, maar tegelijkertijd ook een lastig onderwerp. Bij de projecten is hier veel aandacht voor en wij investeren meer en meer in elektrisch materieel. Daarnaast stappen we snel over op volledig elektrisch rijden. En ik zit vol in de voorbereiding op wat er zit aan te komen qua duurzaamheidsverslaggeving. Maar deze verslaggeving is in mijn ogen nog te abstract. Terwijl familiebedrijven, zo is mijn idee, graag een duidelijk beeld willen hebben wat er moet gebeuren. Dat hebben grote corporates vaak beter voor elkaar. Zij hebben een complete afdeling die er mee bezig is, terwijl de verantwoordelijkheid hiervoor bij ons maar bij één of enkele personen ligt.”   

 

Bolluijt: “Duurzaamheid speelt bij ons ook een grote rol. Wij zijn de laatste tijd druk geweest met het opstellen van key performance indicatoren voor energiegebruik. Zo hebben wij reportingtools gebouwd waardoor ons energiegebruik met één druk op de knop inzichtelijk is. Ons grondstofgebruik moet omlaag en daarnaast moeten wij slimmer nadenken over het gebruik van primaire grondstoffen. Waar gebruiken we de primaire grondstoffen en waar kunnen we ze secundair inzetten? Wij zijn veelal aan het terugkijken, maar als we dit inzichtelijker voor onszelf maken, kunnen we een grote bijdrage leveren aan de vermindering van het gebruik van grondstoffen. Daar zie ik ook een grote rol weggelegd voor finance.”

 

Venneman: “Duurzaamheid is binnen de Biggelaar Groep een heel belangrijk onderwerp, maar tegelijkertijd ook een lastig onderwerp.”  

 

 
 

Waarom zou je RC’ers willen adviseren om voor een familiebedrijf te gaan werken? 

 

Venneman: “Familiebedrijven denken meer en meer na over de professionele invulling van de finance-functie. Voor de invulling zijn zij bewust op zoek naar registercontrollers of registeraccountants. Ik vind bovendien de informele sfeer heel prettig en de betrokkenheid is groot. Op het moment dat we ergens onverhoopt niet aan toe zijn gekomen en we moeten ’s avonds nog een paar uur doorwerken met elkaar, dan hoor je daar niemand over. Er heerst echt de wij-gedachte. Ook zijn heel veel zaken bij familiebedrijven goed geregeld, waar dat vroeger misschien iets minder was. Zoiets als een autobeleid is prima geregeld. En, voor jonge mensen van belang, er is een goede balans tussen werk en privé. Er is meer dan alleen werken. Wil je als werkgever aantrekkelijk blijven voor de jongere generatie, dan moet je op dat aspect mee.”

 

Bolluijt: “Dat is voor mij ook het menselijke aspect. De aandeelhouders zijn veelvuldig op de werkvloer te vinden en zoeken de verbinding met de medewerkers. Wij zijn nog steeds verder aan het professionaliseren, maar het persoonlijk contact wordt daarbij niet vergeten. Dat vind ik zeer prettig.” 

 

Naar boven 

Een op Een Jocelyn Bolluijt Christiaan Venneman

7/13
Loading ...