Arjan van der Bijl_453

ZORG

 
Arjan van der Bijl, 

Manager Business Intelligence & Control HagaZiekenhuis 

Zorg goed organiseren vraagt om meer gebruik van data” 

Arjan van der Bijl is manager Business Intelligence & Control bij het HagaZiekenhuis in Den Haag dat ruim 320 medisch specialistenen en 600 verpleegbedden kent. Als RC’er houdt hij zich bezig met de vraag hoe data en business intelligence de zorg kunnen verbeteren. Maar hij is ook geïnteresseerd in de betaalbaarheid van de zorg en zorg op de juiste plaats. “Antwoorden daarop vragen om samenwerking over de zorgketens heen.”     


Lees meer

Sebastiaan van Welie_374

“En dat is vanwege de concurrentie in de zorg in de praktijk niet zo gemakkelijk vorm te geven. Van der Bijl: “Daardoor merk je dat er schroom is om zaken te delen, ondanks dat je daar als zorginstellingen allemaal van kunt leren. Ik zie daar dan ook een mooie rol voor een vakvereniging als VRC. Daar kunnen we het wel hebben over thema’s als de bekostiging gebaseerd op uitkomsten van de zorg, het vaker gebruiken van de beschikbare data en de juiste zorg op de juiste plaats. Wij kunnen met onze management-control-vaardigheden een mooie rol spelen.”  

 

Eerst willen we met u toch terug naar maart vorig jaar. Hoe heeft u de uitbraak van het coronavirus beleefd?

“Wat gaat er gebeuren? Die vraag overdonderde je in het begin. Waarbij er zwarte scenario’s opdoemden. Het is dan echt crisis. Zodanig dat je niet meer bezig bent met maandrapportages maken, maar met helpen. Bijvoorbeeld met facilitaire taken in het ziekenhuis zoals schoonmaken. Of met het maken van planningen voor de intensive care. En het temperaturen van mensen die het ziekenhuis in wilden. Alle handen gingen uit de mouwen om te helpen, ook bij ons. Toen de eerste golf afvlakte, konden we weer terug naar de vraag wat dit alles nu betekende voor ons. De marges in de zorg zijn flinterdun, een paar miljoen op een omzet van een half miljard. We zagen dat de omzet met tientallen miljoenen achterbleef.”  

 

Hoe raakt dit de financiële kant van het ziekenhuis?

"Dan moet ik eerst wat achtergrond geven. Het hoofdlijnenakkoord voor de medisch specialistische zorg voor de periode van 2019 tot 2022 zet een plafond op de zorguitgaven in Nederland. Het akkoord is een combinatie van aan de ene kant het beheersen van de uitgaven en aan de andere kant de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg op lange termijn te borgen. Tijdens de coronapandemie stegen de kosten als totaal niet of nauwelijks, maar daalde de omzet enorm doordat veel planbare zorg werd uitgesteld. Toen zijn er nieuwe afspraken gekomen om daarmee om te gaan. Normaal kun je je zorgomzet in juni na de halfjaarcijfers tot een procent nauwkeurig voorspellen voor volgend jaar. Nu was dat door corona veel lastiger, maar als professional in het verzorgen van managementinformatie biedt dit alles ook een kans.” 

 

“Er wordt in zorginstellingen een enorme hoeveelheid data vastgelegd, maar het is schrikbarend hoe weinig ermee gebeurt”

Arjan van der Bijl

Arjan van der Bijl: "Ziekenhuizen, verpleeg- en verzorgingshuizen, thuiszorg en zorgverzekeraars delen nog te weinig gegevens met elkaar”

Een kans?

“Ja, een kans. Het laat zien: dit is nu precies waar je een registercontroller voor nodig hebt. Rapportages kijken vaak naar achteren. Wat is er aan zorg gerealiseerd? Dat is goed voor de verantwoording en moet gebeuren. Maar met gegevens wil je ook vooruitkijken om betere beslissingen te nemen en koers te kunnen houden. In de coronatijd is het lastiger die stuurinformatie te verkrijgen. Dan is het belangrijk dat je als registercontroller dicht bij de business staat en weet hoe zo’n ziekenhuis reilt en zeilt. Grofweg de helft van de kosten van een ziekenhuis zit in middelen en materialen, waaronder geneesmiddelen, de bedden en de huisvesting. De andere helft is de inzetbare zorgprofessionals. De schaarste tijdens corona werd niet bepaald door de aanwezigheid van een ziekenhuisbed, maar door capaciteit aan personeel. Dan kun je als RC’er meedenken: hoe kunnen we de schaarste verdelen? Welke informatie is nodig? Hoe komen we aan die informatie om daar beslissingen over te kunnen nemen?” .”

Heeft u daarbij hulp van andere zorginstellingen in de regio?

“Ja, tijdens de coronacrisis deelden we data, terwijl dat normaal gesproken lastig is in de zorgketen. Ziekenhuizen, verpleeg- en verzorgingshuizen, thuiszorg en zorgverzekeraars delen nog te weinig gegevens met elkaar is mijn idee. Dat komt omdat je of elkaars concurrent bent of met elkaar in een onderhandeling zit. Ik vind het daarmee goed dat de VRC het thema zorg heeft omarmd. Vanuit het vak van controlling kun je wel naar de bekostiging en de keten kijken. We zijn vanuit de VRC dan ook aan het kijken of we een netwerk van registercontrollers in de zorg kunnen bouwen. Bijvoorbeeld om een aantal vragen op te pakken, zoals: hoe moet de financieringsketen van de zorg er wel uitzien zodat zowel de samenwerking als de doorstroming van de patiënt beter wordt? We gaan ook binnen de VRC branchemeetings organiseren rondom verschillende thema’s. Binnenkort is het eerste webinar waarbij drie RC-bestuurders van ziekenhuizen en een verzekeraar met elkaar in gesprek gaan over bovenstaande vraag.”  

 

U bent verantwoordelijk voor business intelligence. Wat kan een ziekenhuis allemaal met data?

“Er wordt over het algemeen in zorginstellingen een enorme hoeveelheid data vastgelegd, maar het is schrikbarend hoe weinig ermee gebeurt. Nu wordt een vergoeding gebaseerd op output. Denk aan een knieoperatie. Dan kun je berekenen wat de prijs is van een nieuwe knie. Maar eigenlijk is dat te plat. Want hoe zou je de behandeling zo kunnen insteken dat de knie zodanig goed is dat de patiënt minder gebruik hoeft te maken van vervolgzorg zoals fysiotherapie? Uiteindelijk zou je veel meer naar preventieve zorg moeten. Tegelijkertijd is dit heel complex. Er zijn 4.400 diagnose-behandelcombinaties (DBC’s) en die nemen alleen maar toe, ook door technologische ontwikkelingen zoals beeldbellen. Kijk naar de mens en zijn aandoeningen. Die zijn welhaast oneindig. Als je drie variabelen hebt, zijn de uitkomsten dus ook al oneindig lang en bovenal levert dat heel veel (big) data op. Ik zie dan ook een goede toekomst voor kunstmatige intelligentie in de zorg. Dat gaat veel verder dan het spreadsheet waarin we eendimensionaal enkele gegevens vastleggen. We hebben computers nodig om ons te helpen die enorme bak met data te doorgronden. Om zo beter te kunnen sturen op de uitkomsten van zorg.”  

 

“RC’ers kunnen maatschappelijke waarde toevoegen in een zorgsector die een ingewikkelde sturing kent”

 

 

Heeft u daar voorbeelden van?

“Jazeker. Samen met de Technische Universiteit Eindhoven zijn we bezig met onderzoek naar process mining voor de spoedeisende hulp. Eigenlijk komt het erop neer dat je daar zo snel mogelijk weer weg wilt. Je bent geholpen en kunt naar huis of je hebt specialistische vervolgzorg nodig. Met algoritmes kunnen we kijken of we, over een langere periode, patronen kunnen ontdekken en zodoende zorgspecialisten kunnen helpen hun proces te verbeteren. Dat kan zijn een efficiënter proces, maar kan ook gaan om de kwaliteit van de zorg. Zonder er al te veel over te kunnen zeggen, kan ik wel melden dat het onderzoek veelbelovend is. We breiden het onderzoek daarom uit naar de operatiekamers. In essentie zijn het beide logistieke processen. Hoe zorg je dat de patiënt in één keer goed door alle processen loopt? Ik verwacht dat we, natuurlijk in samenwerking met de zorgspecialisten, de processen en doorlooptijden echt kunnen verbeteren. Je zou uiteindelijk op basis van de data ook, met een aantal voorbehouden, een verwachting richting patiënt kunnen uitspreken. Bij deze aandoening verwachten wij dat de doorlooptijd zo lang kan zijn.”  

 

U was voorzitter van de branchegroep toen de NBA en VRC nog bij elkaar waren en bent nu lid van de programmaraad voor de Finance Academy en lid van de commissie Netwerkontwikkeling bij de VRC. Waarom ligt het vak u zo na aan het hart?

“De registercontroller heeft een plus. Hij of zij kent management control, kan analyseren en kan helpen betere beslissingen te nemen. Dat wordt in de zorg over het algemeen nog te weinig gezien. Hier ligt ook een mooie uitdaging voor RC’ers. Ze kunnen maatschappelijke waarde toevoegen in een zorgsector die een ingewikkelde sturing kent. Je moet verstand hebben van financiën, van het omgaan met de grote hoeveelheid data, maar ook – omdat de helft van de kosten van een ziekenhuis gaan over middelen en materialen – verstand hebben van inkoop. Dat vraagt soms om denkkracht in de breedte, maar soms moet je ook de diepte in duiken. Maar altijd met skills om te kunnen verbinden en overtuigen. Toen ik anderhalf jaar geleden begon bij het HagaZiekenhuis, heb ik als eerste rondgelopen in diverse disciplines. Ik heb onder andere een openhartoperatie meegemaakt en op de spoedeisende hulp meegedraaid. Daar dacht een arts in opleiding dat ik een collega in opleiding was, maar ik vertelde hem dat ik van finance was. Dat leverde grote verbazing op omdat ze nooit mensen van finance zagen. Ik kwam er tijdens die rondes ook achter dat we veel gemeen hebben met medisch specialisten. Zij zijn ook heel analytisch sterk, hebben vaak verstand van data en hebben ook een grote voorliefde voor het vak. Ze willen daarbij eveneens het beste uit zichzelf halen. Daar ligt wel een connectie met de RC’er.”

Naar boven 


Arjan van der Bijl

7/13
Loading ...