Innovation

INNOVATIE 

Paul Crutzen en Bert Carl Schindler, oprichters Qeske

 

De RC’er moet positie in nieuwe economie herdefiniëren” 


Lees meer

Sebastiaan van Welie_374

De wereld is aan verandering onderhevig en dat geldt ook zeker voor het vak van registercontroller. Paul Crutzen en Bert Carl Schindler spelen hierop in. Zij hebben in Qeske een innovatieve leergemeenschap ontwikkeld. “Mensen kunnen hier zichzelf zijn zonder filters. Je maakt verbinding met anderen, ontwikkelt jezelf en maakt betekenisvolle creaties vanuit een autonome positie”, legt Crutzen uit.

 

“Crutzen en Schindler zien een verschuiving van een zorgmaatschappij naar een participatiemaatschappij. Crutzen: “Daar vloeit een netwerkeconomie uit voort. Daarin gaan we als zzp’ers samenwerken. De komende jaren gaat deze transitie er komen en de veranderingen zie je al om je heen. Kijk maar naar de verschillende cryptomunten. Gaan die het op termijn overnemen van de dollars en euro’s? Ik denk deels van wel. Ook omdat het steeds makkelijker wordt om je eigen cryptomunt te maken. Daarnaast is positieve gezondheid een veelgehoorde term. Daarin speelt autonomie een grote rol. Je moet zelf de verantwoordelijkheid nemen over je gezondheid en niet meer wachten totdat je pijn krijgt, naar de dokter gaat en hopen dat je een pilletje krijgt.”

 

Oude economie

Volgens Schindler leven we nu deels nog in een ‘oude economie’. “Daarin vragen mensen alleen maar: heb je een idee voor mij? Een baan? Geld? Ik heb een vraag en leg het probleem bij iemand anders neer. Met Qeske draaien we dat vraagteken om. Wij stellen: wat kan ik komen brengen? Ik ga eerst delen, voordat ik ga vermenigvuldigen. Dat is ook het DNA van de community. Wat kan ik toevoegen om er waarschijnlijk zelf ook beter van te worden, maar waarmee ik ook anderen kan ondersteunen?”

 

Time to market

In de nieuwe maatschappij gaat time to market een veel belangrijkere rol spelen, denkt Crutzen. “Je kunt daarbij niet zeggen dat je voor de komende tien jaar een fabriek neerzet en dat je dan zeker weet dat je tien jaar lang een product kan maken. De wereld verandert zo snel dat je op een andere manier moet kijken naar onroerend goed. Ik heb veel gewerkt in de industriële bakkerijwereld en daar wordt op een heel andere manier met onroerend goed omgegaan. Het heeft weinig zin om een fabriek in bezit te hebben als je elke twee jaar van eigenaar verandert en je productieplannen en depots worden overgenomen. Een gebouw moet je veel leaner opzetten. Het moet zich kunnen aanpassen aan het proces. Terwijl we nu nog leven in een wereld waarin architecten worden opgeleid om een gebouw dat zij ontwerpen van hun eigen stempel te voorzien.”

 

Blik naar voren

Schindler pleit ervoor dat de registercontroller meehelpt in de ontwikkeling van dynamische netwerkplatformen en nieuwe economische businessmodellen. “Zij moeten een blik naar voren hebben en niet alleen een blik op de achteruitkijkspiegel. De RC’ers moeten inzien dat de economie zich opnieuw uitvindt en daarin moeten zij hun positie herdefiniëren. Neem bijvoorbeeld V&D. Waarom zijn zij omgevallen en floreert Bol.com? V&D is blijven hangen in het verleden en daar is Bol.com perfect op ingesprongen.” Een shared economy heeft de toekomst. “Daarin gaan veel meer kleinere autonome entiteiten samenwerken. Waarbij uiteindelijk ook het financiële plaatje van wie het bezit en er controle over heeft, heel complex wordt. Daar zit de innovatie voor de RC’er in en zij moeten meehelpen met de ontwikkeling hiervan.”

“De RC’er moet naar voren kijken en zoeken naar nieuwe kansen” 

Paul Crutzen en Bert Carl Schindler

Bert Carl Schindler  en Paul Crutzen

Agile en dynamisch

Positieve gezondheid is ook van toepassing voor businessmodellen van bedrijven en organisaties, stelt Schindler. “Probeer niet om modellen bij te schaven, subsidies erin te gooien en onrendabele businessmodellen en bedrijven in leven te houden. Investeer dat in de positieve economie. Zodat je de autonomie kunt behouden en dat je gewapend bent voor de toekomst. Zorg ervoor dat je als organisatie agile en dynamisch bent. Ook een RC’er moet zich bezighouden met wat op dit moment een waarde heeft. Niet iets wat misschien in het verleden een waarde had, maar wat niet meer in de huidige situatie of in de toekomst past.”

 

 

Participeren

Het komt er dus op neer dat organisaties moeten participeren en niet anticiperen. Schindler: “In theorie kunnen we alles doen, maar in de praktijk moet je gewoon beginnen met de dingen die je hebt. Begin onderop. Probeer niet altijd van bovenaf waanzinnige targets te stellen die je van onder laat groeien. Het is net als een tuin; die koop je ook niet kant en klaar, maar die moet gaan groeien en bloeien. Om dat te doen, moet er eerst worden gezaaid. Een eikenboom gaat misschien dood omdat hij op die plek te weinig water krijgt. Dan is het gezond dat die niet meer bestaat, want een dennenboom past er misschien beter. Dat is een normale selectie. We proberen, ook in de economie, te vaak zwakke modellen op een onnatuurlijke manier te voeden. Dat kost veel tijd en geld.”

 

Empowerment van werknemers

In organisaties pleit Crutzen voor empowerment van de werknemers. “Daarmee stimuleer je werknemers om zelf verantwoordelijkheid te dragen. Je probeert als het ware van elke medewerker een ondernemer te maken. Een registercontroller moet je dus niet in een keurslijf drukken. Hij of zij moet binnen een bedrijf, in zijn of haar functie, een groot aantal vrijheden krijgen.”

 

 

“Organisaties moeten participeren en niet anticiperen”

 

 

Dichter bij de inhoud zitten

Volgens Schindler moet een registercontroller in de toekomst veel dichter bij de inhoud gaan staan. “In het verleden waren veel processen bekend. Veel bedrijven waren one trick ponies. Je kon vanachter je bureau met spreadsheettabelletjes je werk doen. In principe veranderde er niet veel, behalve de getallen. Vanwege de dynamische businessmodellen, de netwerkeconomie, is dat veranderd en kun je niet meer zeggen dat getallen volgens een bepaalde standaard zijn opgebouwd. De RC’er wordt veel minder een orgaan dat van een afstand toekijkt, maar acteert veel meer op de inhoud. En is waarschijnlijk ook meer adviserend. Zo blijft ook je autonomie gewaarborgd.”

 

Naar voren kijken

De ontwikkeling en implementatie van kunstmatige intelligentie in organisaties kan een grote wissel trekken op de functie van registercontroller. Schindler: “Het vak van de RC’er kun je theoretisch gezien automatiseren. Kunstmatige intelligentie kan dynamische businessmodellen veel makkelijker herkennen. Dan is dus de vraag: waarom heb je nog een registercontroller nodig? Het werk aan de achterkant kun je automatiseren en dus moet je zeggen dat je mensen aan de voorkant nodig hebt. De RC’er moet naar voren kijken. Zoeken naar nieuwe kansen. Dat kan AI nog niet zo goed.”

 

Autonomie voor de registercontroller

“Het anticiperend vermogen gaat zich echter wel ontwikkelen”, denkt Crutzen. “Maar de kracht van de mens en de RC’er ligt in de creativiteit om niet in vaste ritmes en patronen naar getallen en mogelijkheden te kijken. Daar schuilt een contradictie in, want de RC’er is een controlerende functie. Hij of zij moet meegaan in het creëren van hoe het kan worden. Hoe ze dat in gaan vullen, moeten ze zelf uitvinden. Maar daar zit absoluut nog de autonomie voor de registercontroller.”

Naar boven 


Qeske

6/13
Loading ...