Lees meer
Frans Post is CFO bij advocatenkantoor De Brauw Blackstone Westbroek. Hij heeft ruim 30 jaar ervaring in de besturen van verschillende professional services firms, met name in de advocatuur. Na 15 jaar in het buitenland (VS, Groot-Brittannië en Frankrijk) is hij onlangs teruggekeerd in Nederland en wil graag zijn kennis en netwerk inzetten ter versterking van de VRC.
Arie den Hertog bekleedt de functie van manager Finance & Control bij IGM, in de bouwsector. Hij is bovendien docent aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen voor de opleidingen Accountancy en Finance & Control. Een van zijn passies is de ontwikkeling van financials, zowel binnen organisaties als ook via het onderwijs. Maar ook vindt hij de samenwerking tussen finance en andere afdelingen op het gebied van performance management belangrijk.
Beide kandidaten zijn met hun ruime ervaring in leidinggeven en aantoonbare link met onderwijs en de maatschappij een voortreffelijke aanvulling op het bestaande bestuur en brengen hierbij ook diversiteit aan. De kandidaten worden voorgedragen bij de volgende algemene ledenvergadering. Het huidige bestuur bestaat nu uit:
Drs. Esther Nooijen RC – Voorzitter (sinds 28 september 2021)
Nadine Koerselman EMFC RC – Penningmeester
Mr. Drs. Martijn van Veen RC – Secretaris
Drs. Albert Gagliardi MAC EMFC RC- bestuurslid (tot 1 januari 2022)
Frans Post RC EMFC
Arie Den Hertog MSc RA RC
Naar boven
Ruim negentig procent van de Nederlandse organisaties vindt dat realtime rapportage geen luxe meer is, maar noodzakelijk. Slechts 14 procent van de financieel professionals geeft aan dat realtime rapportage momenteel daadwerkelijk een mogelijkheid is. Oorzaken zijn vooral organisatorisch van aard, niet zozeer technisch.
Dat blijkt uit nieuwe gegevens van Visma | Onguard. In een rapport kijkt de organisatie naar de ontwikkeling van digitale transformatie door de afgelopen vier jaar heen. Uit de laatste barometer, die afgelopen voorjaar verscheen, blijkt dat bedrijven volop inzetten op datagedreven werk, maar dat driekwart van de bedrijven nog niet zover is. Ook duurt het nog enkele jaren voordat digitalisering zover is doorgevoerd binnen de organisatie dat data slim kan worden ingezet. Wel geeft bijna de helft van de Nederlandse financials aan dat bedrijfsprocessen door data worden ondersteund.
Uit het overzicht uit meerdere jaren komt naar voren dat de rapportagefrequentie toeneemt. In 2019 gebeurde rapportage vooral maandelijks, slechts twee jaar later geeft 29 procent van de Nederlandse financials aan dat rapportage dagelijks wordt gedaan. Maar ook geeft zelfs 90 procent van de financieel professionals aan dat realtime rapportage geen luxe meer is, maar een noodzaak. Slechts 14 procent van de Nederlandse organisaties is ook in staat om zulke realtime rapportage te genereren.
Volgens de respondenten zijn de struikelblokken vooral organisatorisch en niet zozeer technisch. Drie op de tien organisaties geeft aan dat er veranderingen in de organisatiestructuur nodig zijn om realtime rapportage realiteit te maken. Ook is er budget nodig om deze realtime data te ontsluiten. Daar zit wel verbetering in. In 2020 had 21 procent van de Nederlandse organisaties moeite om akkoord te krijgen op een investeringsaanvraag, maar nu ondervindt nog maar 13 procent daar problemen mee.
Het rapport benoemt ook een aantal struikelblokken met het ontsluiten van data. De redenen dat datagedreven werken uitblijft, zijn wel deels technisch. Zo zijn gegevens over veel verschillende bronnen verspreid, zodat het lastig is om erop te sturen. Het ontbreekt deze bedrijven dus aan een holistisch dataplatform, wat ook blijkt uit de antwoorden van financials. Maar er zijn ook organisatorische oorzaken. In Nederland ervaart 14 procent van de financieel professionals een gebrek aan steun van de directie, in het Verenigd Koninkrijk is dat percentage zelfs 32.
Een interessant verschil met het Verenigd Koninkrijk is dat het doel in Nederland van digitalisering en ontsluiten van data een andere is. Nederlandse financials streven vooral naar efficiëntere processen, waarin systemen meewerken, facturen automatisch worden voldaan en betaalproblemen van klanten worden opgelost. Van de respondenten geeft 22 procent aan dat dat het primaire doel is. In het VK is dat 11 procent. Daar is de primaire motivatie het beter reageren op trends en marktontwikkelingen door digitalisering.
Naar boven
Het is negen procent transparanter dan in 2020 en bijna vijftig procent transparanter dan in 2016. Belangrijke thema’s zijn binnen de genoemde bedrijven: transparantie (in 99 procent van de jaarverslagen), reputatie (99 procent), digitalisering (95 procent), purpose (93 procent), SDG’s (87 procent, agility (73 procent) en circularity (67 procent). De meest transparante beursgenoteerde jaarverslagen in 2021 zijn van AholdDelhaize, ASML en Randstad.
De coronacrisis, de opkomst van (fin)tech bedrijven (zoals in de AEX: Adyen, Prosus, Just Eat Takeaway, ASML, ASMI en Besi), de wereldwijde dominantie van Big Tech (Apple, Alphabet, Amazon, Microsoft, Facebook) en de steeds digitaler wordende consumenten en concurrenten zijn redenen voor beursgenoteerde ondernemingen om meer in digitalisering te investeren. Het jaarverslagenonderzoek van Hogeschool Leiden noemt diverse voorbeelden van bedrijven met programma’s als Digital First, Digital Transformation strategy, omnichannel eCommerce en een centrale Digital Committee om dit te realiseren. Enkele ondernemingen spreken over digitalisering alsof ze er pas mee beginnen.
Sinds de start van het jaarverslagenonderzoek in 1994 halen maar weinig bedrijven een voldoende rapportcijfer op basis van de criteria die door bureau Scenter en later Hogeschool Leiden zijn ontwikkeld. De laatste jaren stijgt dit aantal wel, correlerend met de stijgende beurskoersen die openheid en zelfvertrouwen lijken te bevorderen. In 2021 behaalden 28 van de 75 grootste beursgenoteerde bedrijven in Nederland een 5,5 of hoger, op een schaal van 1 tot 10. Winnaars in 2021 zijn AholdDelhaize (met een 7,7), ASML (7,4) en Randstad (7,3). Hekkensluiter is Pharming met een 1,0.
Piet Hein Coebergh, onderzoeksleider en lector PR & Transparantie aan Hogeschool Leiden, over de resultaten: “2020 was, ondanks de coronacrisis, economisch een mooi jaar voor de meeste beursgenoteerde ondernemingen in Nederland. Tevredenheid en optimisme, uiteraard met een slag om de arm, kenmerkt de jaarverslagen in 2021. Naast digitalisering blijft duurzaamheid een kernthema in alle jaarverslagen. Leerzaam, en soms voorbeeldig, is hoe sterk de duurzaamheidsparagraaf inmiddels is ontwikkeld bij veel genoteerde ondernemingen.”
Naar boven
De Sociaal-Economische Raad (SER) adviseert de Nederlandse regering hoe Europese wetgeving voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) vorm te geven. Een Europese aanpak moet verbetering van de omstandigheden voor mens en milieu in de toeleveringsketen vooropstellen. Om de grootste impact te hebben in de internationale ketens buiten de EU, moet de wetgeving Europese samenwerking op sectorniveau stimuleren.
De SER brengt het advies ‘Effectieve Europese gepaste zorgvuldigheidswetgeving voor duurzame ketens’ uit op verzoek van de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. De Europese Commissie presenteert naar verwachting dit najaar een wetgevend voorstel voor gepaste zorgvuldigheidswetgeving. Het SER-advies is gericht op de inzet van het kabinet richting het EU-wetsvoorstel.
“Ons advies bouwt voort op eerdere SER-adviezen over internationaal MVO en ontwikkelt de convenantenaanpak verder door,” zegt Mariëtte Hamer, SER-voorzitter.
“Via internationaal MVO leveren bedrijven een belangrijke bijdrage aan duurzame ontwikkeling en het bereiken van de Sustainable Development Goals. We zetten nu een volgende stap en onderstrepen het belang van gepaste zorgvuldigheidswetgeving op Europees niveau. Het creëren van een gelijk speelveld, collectief leren, gezamenlijke actie en het stimuleren van achterblijvers komen niet vanzelf. Met dit advies kan het kabinet ambitieus invloed uitoefenen in de EU om dit na te streven.”
Naar boven
Dat blijkt uit een inventarisatie van de eerste helft van 2021 van KPMG. Het volume van transacties steeg al in de tweede helft van 2020, met een groot herstel in de sector van fusies en overnames. Nederland zag een toename van 55 procent in de eerste helft van dit jaar, vergeleken met 42 procent wereldwijd. Het herstel van de corona-impact was daarmee in Nederland groter dan gemiddeld.
Ook zijn waarderingen hoger dan voorheen. Deze wereldwijde trend wordt volgens KPMG gevolgd door Nederland. De waarderingen zijn op het hoogste niveau in tien jaar. Een mogelijke verklaring daarvoor is het relatief hoge aandeel van overnames in de technologiesector, die meestal gepaard gaan met hoge waarderingen. Vooral in Noord-Amerika waren de waarderingen hoog met 16,4 maal de EBITDA, vergeleken met 10,6x in Europa.
Deals worden steeds vaker gefinancierd met private equity. In Noord-Amerika is het aandeel private equity dat wordt betrokken bij overnames dominant aanwezig. Volgens KPMG komt dat mogelijk door relatief gemakkelijke toegang tot liquide middelen en de opkomst van populaire alternatieve financieringsinstrumenten zoals de ook in Nederland gehypete SPAC’s.
Technologiebedrijven blijven onverminderd populair. “De coronacrisis is ongetwijfeld een nieuwe katalysator geweest voor verdergaande digitalisering”, zegt Danny Bosker, partner Mergers & Acquisitions bij KPMG. “Dat zien we terug in het overnamelandschap. We zien bovendien steeds meer bedrijfsfusies en -overnames waarbij zowel technologie als duurzaamheid een belangrijke drijfveer zijn.”
Naar boven